Pagina: 1
24
NEDERLANDS (Originele instructies)
Verklaring van algemene gegevens
1 Knop
2 Rode indicator
3 Accu
4 Stermarkering
5 Schuifknop
6 Bedrijfslampje
7 Sleutel 13
8 Opzetdeel
9 Spantangbout
10 Sleutel 13
11 Slijtgrensmarkering
12 Houderafdekking
13 Schroevendraaier
14 Koolborsteldop
TECHNISCHE GEGEVENS
Model DGD800 DGD801
Capaciteit van spankop ...............................................................6 mm of 6,35 mm (1/4") 6 mm of 6,35 mm (1/4")
Max. diameter slijpsteen ..............................................................36 mm 36 mm
Toerental onbelast (n0) / Nominaal toerental (n) ......................... 26 000 (min–1
) 26 000 (min–1
)
Totale lengte ................................................................................402 mm 307 mm
Netto gewicht ...............................................................................2,0 kg 1,7 kg
Nominale spanning ......................................................................18 V gelijkstroom 18 V gelijkstroom
• In verband met ononderbroken research en ontwikke-
ling behouden wij ons het recht voor bovenstaande
technische gegevens te wijzigen zonder voorafgaande
kennisgeving.
• De technische gegevens de accu kunnen van land tot
land verschillen.
• Gewicht, inclusief accu, volgens de EPTA-procedure
01/2003
ENE050-1
Doeleinden van gebruik
Het gereedschap is bedoeld voor het schuren van ferro-
metalen en het afbramen van gegoten metaaldelen.
GEA010-1
Algemene veiligheidswaarschuwingen voor
elektrisch gereedschap
WAARSCHUWING! Lees alle veiligheidswaar-
schuwingen en alle instructies. Het niet volgen van de
waarschuwingen en instructies kan leiden tot elektrische
schokken, brand en/of ernstig letsel.
Bewaar alle waarschuwingen en instructies om in de
toekomst te kunnen raadplegen.
GEB080-3
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN SPECIFIEK
VOOR ACCUSTEMPELSLIJPMACHINE
Gemeenschappelijke veiligheidswaarschuwingen
voor slijpwerkzaamheden:
1. Dit elektrisch gereedschap is bedoeld voor
gebruik als slijpgereedschap. Lees alle veilig-
heidswaarschuwingen, instructies, afbeeldin-
gen en technische gegevens die bij dit elektrisch
gereedschap worden geleverd. Als u nalaat alle
onderstaande instructies te volgen, kan dit leiden tot
een elektrische schok, brand en/of ernstig letsel.
2. Wij adviseren u werkzaamheden zoals schuren,
draadborstelen, polijsten of doorslijpen niet uit
te voeren met dit elektrisch gereedschap. Werk-
zaamheden waarvoor dit elektrisch gereedschap
niet is bedoeld kunnen gevaarlijke situaties opleve-
ren en tot persoonlijk letsel leiden.
3. Gebruik geen accessoires die niet specifiek zijn
ontworpen en aanbevolen door de fabrikant van
het gereedschap. Ook wanneer het accessoire kan
worden bevestigd op uw elektrisch gereedschap, is
een veilige werking niet gegarandeerd.
4. Het nominaal toerental van het accessoire moet
minstens gelijk zijn aan het maximumtoerental
vermeld op het elektrisch gereedschap. Acces-
soires die met een hoger toerental draaien dan hun
nominaal toerental kunnen stuk breken en in het
rond vliegen.
5. De buitendiameter en de dikte van het acces-
soire moet binnen het capaciteitsbereik van het
elektrisch gereedschap vallen. Accessoires met
verkeerde afmetingen kunnen niet afdoende worden
afgeschermd of beheerst.
6. Gebruik nooit een beschadigd accessoire.
Inspecteer het accessoire vóór ieder gebruik,
bijvoorbeeld een slijpschijf op ontbrekende
schilfers en barsten. Nadat het elektrisch
gereedschap is gevallen, inspecteert u het op
schade of monteert u een onbeschadigd acces-
soire. Na inspectie en montage van een acces-
soire, zorgt u ervoor dat u en omstanders niet in
het rotatievlak van het accessoire staan, en laat
u het elektrisch gereedschap draaien op het
maximaal nullasttoerental gedurende één
minuut. Beschadigde accessoires breken normaal
gesproken in stukken gedurende deze testduur.
7. Gebruik persoonlijke-veiligheidsmiddelen.
Afhankelijk van de toepassing gebruikt u een
spatscherm, een beschermende bril of een vei-
ligheidsbril. Al naar gelang van toepassing
draagt u een stofmasker, gehoorbeschermers,
handschoenen en een werkschort die in staat
zijn kleine stukjes slijpsel of werkstukfragmen-
ten te weerstaan. De oogbescherming moet in
staat zijn rondvliegend afval te stoppen dat ontstaat
bij de diverse werkzaamheden. Het stofmasker of
ademhalingsapparaat moet in staat zijn deeltjes te
filteren die ontstaat bij de werkzaamheden. Langdu-
rige blootstelling aan zeer intens geluid kan leiden
tot gehoorbeschadiging.
8. Houd omstanders op veilige afstand van het
werkgebied. Iedereen die zich binnen het werk-
gebied begeeft, moet persoonlijke-veiligheids-
middelen gebruiken. Fragmenten van het werkstuk
of van een uiteengevallen accessoire kunnen rond-
vliegen en letsel veroorzaken buiten de onmiddel-
lijke werkomgeving.
Pagina: 2
25
9. Houd het elektrisch gereedschap alleen vast aan
het geïsoleerde oppervlak van de handgrepen,
wanneer u werkt op plaatsen waar het zaagge-
reedschap met verborgen bedrading in aanra-
king kan komen. Bij contact met onder spanning
staande draden zullen ook de niet-geïsoleerde
metalen delen van het elektrisch gereedschap onder
spanning komen te staan, zodat de gebruiker een
elektrische schok kan krijgen.
10. Leg het elektrisch gereedschap nooit neer voor-
dat het accessoire volledig tot stilstand is geko-
men. Het ronddraaiende accessoire kan de
ondergrond pakken zodat u de controle over het
elektrisch gereedschap verliest.
11. Laat het elektrisch gereedschap niet draaien ter-
wijl u het naast u draagt. Als het ronddraaiende
accessoire u per ongeluk raakt, kan het verstrikt
raken in uw kleding waardoor het accessoire in uw
lichaam wordt getrokken.
12. Maak de ventilatieopeningen van het gereed-
schap regelmatig schoon. De ventilator van de
motor zal het stof de behuizing in trekken, en een
grote opeenhoping van metaalslijpsel kan leiden tot
elektrisch gevaarlijke situaties.
13. Gebruik het elektrisch gereedschap niet in de
buurt van brandbare materialen. Vonken kunnen
deze materialen doen ontvlammen.
14. Gebruik geen accessoires die met vloeistof moe-
ten worden gekoeld. Het gebruik van water of
andere vloeibare koelmiddelen kan leiden tot elek-
trocutie of elektrische schokken.
Terugslag en aanverwante waarschuwingen
Terugslag is een plotselinge reactie op een beknelde of
vastgelopen draaiende schijf, rugschijf, draadborstel of
enig ander accessoire. Beknellen of vastlopen veroor-
zaakt een snelle stilstand van het draaiende accessoire
dat op zijn beurt ertoe leidt dat het elektrisch gereed-
schap zich ongecontroleerd beweegt in de tegenoverge-
stelde richting van de draairichting van het accessoire op
het moment van vastlopen.
Bijvoorbeeld, als een slijpschijf bekneld raakt of vastloopt
in het werkstuk, kan de rand van de schijf die het beknel-
lingspunt ingaat, zich invreten in het oppervlak van het
materiaal waardoor de schijf eruit klimt of eruit slaat. De
schijf kan daarbij naar de gebruiker toe of weg springen,
afhankelijk van de draairichting van de schijf op het
beknellingspunt. Slijpschijven kunnen in dergelijke situa-
ties ook breken.
Terugslag is het gevolg van misbruik van het elektrisch
gereedschap en/of onjuiste gebruiksprocedures of -
omstandigheden, en kan worden voorkomen door goede
voorzorgsmaatregelen te treffen, zoals hieronder ver-
meld:
a) Houd het gereedschap stevig vast en houd
uw armen en lichaam zodanig dat u in staat
bent een terugslag op te vangen. Gebruik
altijd de extra handgreep (indien aanwezig)
voor een maximale controle over het gereed-
schap in geval van terugslag en de koppel-
reactiekrachten bij het starten. De gebruiker
kan een terugslag of de koppelreactie opvangen
indien de juiste voorzorgsmaatregelen worden
getroffen.
b) Plaats uw hand nooit in de buurt van het
draaiende accessoire. Het accessoire kan
terugslaan over uw hand.
c) Plaats uw lichaam niet in het gebied waar het
elektrisch gereedschap naar toe gaat wan-
neer een terugslag optreedt. Een terugslag zal
het gereedschap bewegen in de tegenoverge-
stelde richting van de draairichting van de schijf
op het moment van beknellen.
d) Wees bijzonder voorzichtig bij het werken
met hoeken, scherpe randen, enz. Voorkom
dat het accessoire springt of bekneld raakt.
Hoeken, scherpe randen of springen veroorza-
ken vaak beknellen van het draaiende acces-
soire wat leidt tot terugslag of verlies van
controle over het gereedschap.
e) Bevestig geen houtbewerkingsblad van een
zaagketting of getand zaagblad. Dergelijke
bladen leiden vaak tot terugslag of verlies van
controle over het gereedschap.
Veiligheidswaarschuwingen specifiek voor slijpwerk-
zaamheden:
a) Gebruik uitsluitend schijven van het type
aanbevolen voor uw elektrisch gereedschap.
b) De schijven mogen uitsluitend worden
gebruikt voor de aanbevolen toepassingen.
Bijvoorbeeld: u mag niet slijpen met de zij-
kant van een doorslijpschijf. Doorslijpschijven
zijn bedoeld voor slijpen met de rand. Krachten
op het zijoppervlak kunnen deze schijven doen
breken.
c) Gebruik geen afgesleten schijven van grotere
elektrische gereedschappen. Schijven die zijn
bedoeld voor grotere elektrische gereedschap-
pen zijn niet geschikt voor de hogere snelheid
van een kleiner elektrisch gereedschap en kun-
nen in stukken breken.
Aanvullende veiligheidswaarschuwingen:
15. Zorg ervoor dat de schijf niet in aanraking is met
het werkstuk voordat u het gereedschap hebt
ingeschakeld.
16. Laat het gereedschap een tijdje draaien voordat
u het op het werkstuk gebruikt. Controleer op
trillingen of schommelingen die op onjuiste
montage of een slecht uitgebalanceerde schijf
kunnen wijzen.
17. Gebruik de aangegeven kant van de schijf om
mee te slijpen.
18. Wees alert op rondvliegende vonken. Houd het
gereedschap zodanig vast dat de vonken weg-
vliegen van u en andere personen of brandbare
materialen.
19. Laat het gereedschap niet ingeschakeld liggen.
Bedien het gereedschap alleen wanneer u het
vasthoudt.
20. Raak de schijf niet onmiddellijk na gebruik aan.
Deze kan bijzonder heet zijn en brandwonden op
uw huid veroorzaken.
21. Houd u aan de instructies van de fabrikant voor
juiste montage en gebruik van de schijven.
Behandel en bewaar de schijven zorgvuldig.
22. Controleer of het werkstuk goed wordt onder-
steund.
23. Als de werkruimte bijzonder heet en vochtig is,
of sterk vervuild is met geleidend stof, gebruik
dan een kortsluitonderbreker (30 mA) om de vei-
ligheid van de gebruiker te garanderen.
24. Gebruik het gereedschap niet op materiaal dat
asbest bevat.
Pagina: 3
26
25. Zorg er altijd voor dat u stevig staat. Zorg ervoor
dat er niemand zich onder u bevindt wanneer u
het gereedschap op een hoge plaats gebruikt.
BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN.
WAARSCHUWING:
Laat u NIET misleiden door een vals gevoel van com-
fort en bekendheid met het gereedschap (na veelvul-
dig gebruik) en neem alle veiligheidsvoorschriften
van het betreffende gereedschap altijd strikt in acht.
VERKEERD GEBRUIK of het niet naleven van de vei-
ligheidsvoorschriften in deze gebruiksaanwijzing
kan leiden tot ernstige verwondingen.
ENC007-8
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
VOOR ACCU’S
1. Alvorens de accu in gebruik te nemen, leest u
eerst alle instructies en waarschuwingsopschrif-
ten op (1) de acculader, (2) de accu en (3) het
apparaat waarin de accu wordt aangebracht.
2. Haal de accu niet uit elkaar.
3. Als de gebruikstijd aanzienlijk korter is gewor-
den, stopt u onmiddellijk met het gebruik.
Anders kan dit leiden tot kans op oververhitting,
mogelijke brandwonden en zelfs een explosie.
4. Als de elektrolyt in uw ogen komt, wast u deze
uit met schoon water en raadpleegt u onmiddel-
lijk een arts. Dit kan leiden tot verlies van
gezichtsvermogen.
5. Sluit de accu niet kort:
(1) Raak de accupolen niet aan met enig gelei-
dend materiaal.
(2) Bewaar de accu niet op een plaats waar deze
in aanraking kan komen met andere metalen
voorwerpen, zoals spijkers, munten, enz.
(3) Stel de accu niet bloot aan water of regen.
Kortsluiting van de accu kan leiden tot een hoge
stroomsterkte, oververhitting, mogelijke brand-
wonden en zelfs een defect.
6. Berg het gereedschap en de accu niet op plaat-
sen op waar de temperatuur kan oplopen tot
50°C of hoger.
7. Werp de accu niet in een vuur, zelfs niet als deze
al ernstig beschadigd of helemaal versleten is.
De accu kan in een vuur exploderen.
8. Wees voorzichtig dat u de accu niet laat vallen of
ergens tegenaan stoot.
9. Gebruik nooit een beschadigde accu.
10. Volg bij het wegwerpen van de accu de plaatse-
lijk geldende voorschriften.
BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN.
Tips voor een lange levensduur van de accu
1. Laad de accu op voordat deze volledig leeg is.
Wanneer u merkt dat het gereedschap minder
vermogen heeft, stopt u met het gebruik ervan
en laadt u eerst de accu op.
2. Laad nooit een volledig opgeladen accu op.
Te lang opladen verkort de levensduur van de
accu.
3. Laad de accu op bij een omgevingstemperatuur
van 10°C t/m 40°C. Laat een warme accu eerst
afkoelen voordat u deze oplaadt.
4. Laad de accu zeker elk half jaar een keer op, ook
als u deze geruime tijd lang niet gebruikt.
BESCHRIJVING VAN DE FUNCTIES
LET OP:
• Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld
en de accu is verwijderd alvorens de functies van het
gereedschap te controleren of af te stellen.
De accu aanbrengen en verwijderen (Fig. 1)
LET OP:
• Schakel altijd het gereedschap uit voordat u de accu
aanbrengt of verwijdert.
• Houd het gereedschap en de accu stevig vast wan-
neer u de accu aanbrengt of verwijdert. Als u het
gereedschap en de accu niet stevig vasthoudt, zou er
iets uit uw handen kunnen glippen, met gevaar voor
schade aan het gereedschap of de accu en eventuele
verwonding.
Om de accu te verwijderen, schuift u deze uit het gereed-
schap los terwijl u de knop voorop de accu ingedrukt
houdt.
Voor het aanbrengen van de accu plaatst u de tong van
de accu in de groef van de behuizing en schuift u de accu
op zijn plaats. Schuif de accu er altijd volledig in totdat
die op zijn plaats vast klikt. Wanneer de rode indicator op
de bovenkant van de knop nog zichtbaar is, zit de accu
niet volledig erin.
LET OP:
• Schuif de accu volledig erin totdat de rode indicator niet
meer zichtbaar is. Als u dit nalaat, zou de accu uit het
gereedschap kunnen vallen en uzelf of anderen kun-
nen verwonden.
• Druk de accu er niet met kracht in. Als de accu er niet
soepel in gaat, houdt u die waarschijnlijk in de ver-
keerde stand.
Accubeveiligingssysteem (Fig. 2)
Het gereedschap is voorzien van een accubeveiligings-
systeem. Dit systeem kan automatisch de stroomtoevoer
naar de motor afsluiten om de levensduur van de accu te
verlengen.
Het gereedschap kan tijdens gebruik automatisch stop-
pen wanneer het gereedschap en/of de accu aan één
van de volgende omstandigheden wordt blootgesteld:
• Overbelasting:
Als het gereedschap wordt gebruikt op een manier die
een abnormaal hoge stroomsterkte vergt.
In dat geval schakelt u het gereedschap uit en verhelpt
u de oorzaak van de overbelasting. Dan schakelt u het
gereedschap weer in om het te herstarten.
Als het gereedschap niet start, kan de accu oververhit
zijn. In dat geval laat u de accu afkoelen voordat u het
gereedschap opnieuw inschakelt.
• Onvoldoende accuspanning:
Als de resterende accuspanning onvoldoende is, zal
het gereedschap niet starten. In dat geval verwijdert u
de accu en laadt u die opnieuw op.
OPMERKING:
• De beveiliging tegen oververhitting werkt alleen bij
accu’s met een stermarkering.
Pagina: 4
27
In- en uitschakelen (Fig. 3)
LET OP:
• Controleer altijd, voordat u de accu in het gereedschap
steekt, of de schuifknop op de juiste manier schakelt en
weer terugkeert naar de “OFF”-stand, wanneer achter
op de schuifknop wordt gedrukt.
• De aan/uit-schakelaar kan worden vergrendeld in de
“ON”-stand ten behoeve van het gebruikersgemak bij
langdurig gebruik. Wees voorzichtig wanneer het
gereedschap in de “ON”-stand is vergrendeld en houd
het gereedschap stevig vast.
Om het gereedschap in te schakelen, schuift u de schuif-
knop naar de stand “I (ON)”. Om het gereedschap con-
tinu te laten werken, drukt u op de voorkant van de
schuifknop om deze te vergrendelen.
Om het gereedschap uit te schakelen drukt u op de ach-
terkant van de schuifknop en schuift u de knop naar de
positie “O (OFF)”.
Bedrijfslampje met meerdere functies (Fig. 4)
Er zijn twee bedrijfslampjes.
Wanneer u de accu in het gereedschap steekt terwijl de
schuifknop in de positie “O (OFF)” staat, gaat het
bedrijfslampje gedurende circa één seconde snel knippe-
ren. Als het niet knippert, is de accu of het bedrijfslampje
defect.
– Overbelastingsbeveiliging
– Bij overbelasting van het gereedschap gaat het
bedrijfslampje branden. Als het gereedschap minder
sterk wordt belast, gaat het lampje uit.
– Als de overbelasting van het gereedschap aanhoudt
en het bedrijfslampje circa twee seconden blijft bran-
den, stopt het gereedschap. Dit voorkomt schade
aan de motor en daaraan gerelateerde onderdelen.
– Om in dit geval het gereedschap weer in te schake-
len, schuift u de schuifknop eenmaal naar de positie
“O (OFF)” en vervolgens naar de positie “I (ON)”.
– Indicatielampje accu bijna leeg
– Als de accu bijna leeg is, gaat het indicatielampje
van de overbelastingsbeveiliging tijdens het gebruik
eerder branden dan wanneer de accu nog vol-
doende capaciteit heeft.
– Beveiliging tegen onopzettelijk herstarten
– Zelfs als de accu in het gereedschap is gestoken
terwijl de schuifknop op de positie “I (ON)” staat,
start het gereedschap niet. Het lampje knippert nu
langzaam, wat aangeeft dat de beveiliging tegen
onopzettelijk herstarten actief is.
– Om het gereedschap te starten schuift u de schuif-
knop eerst naar de positie “O (OFF)” en vervolgens
naar de positie “I (ON)”.
INEENZETTEN
LET OP:
• Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld
en de accu is verwijderd alvorens enige werkzaamhe-
den aan het gereedschap te verrichten.
Installeren of verwijderen van de slijpsteen (Fig. 5
en 6)
Draai de spantangbout los en steek de slijpsteen in de
spantangbout. Gebruik de ene steeksleutel om de as op
zijn plaats te houden en de andere om de spankopmoer
stevig aan te draaien.
De slijpsteen mag niet verder dan 8 mm van de span-
tangbout worden gemonteerd. Als u deze afstand over-
schrijdt, kan de slijpsteen trillen of de as breken.
Om de slijpsteen te verwijderen, voert u de procedure
voor het installeren in de omgekeerde volgorde uit.
LET OP:
• Gebruik een spantangkegel van de maat die geschikt is
voor de slijpsteen die u wilt gebruiken.
BEDIENING (Fig. 7)
Schakel het gereedschap in zonder dat de slijpsteen het
werkstuk raakt, en wacht totdat de slijpsteen op volle toe-
ren draait. Zet dan de slijpsteen voorzichtig op het werk-
stuk. Om een goede afwerking te krijgen, moet u het
gereedschap langzaam naar links bewegen.
LET OP:
• Oefen alleen lichte druk uit op het gereedschap. Over-
matige druk op het gereedschap zal een slechte afwer-
king en overbelasting van de motor veroorzaken.
ONDERHOUD
LET OP:
• Zorg er altijd voor dat de machine is uitgeschakeld en
de accu is verwijderd, voordat u een inspectie of onder-
houd uitvoert.
• Gebruik nooit benzine, wasbenzine, thinner, alcohol en
dergelijke. Hierdoor het verkleuring, vervormingen en
barsten worden veroorzaakt.
De koolborstels vervangen
Verwijder en controleer de koolborstels regelmatig. Ver-
vang deze wanneer ze tot aan de slijtgrensmarkering zijn
afgesleten. Houd de koolborstels schoon en zorg ervoor
dat ze vrij kunnen bewegen in de houders. Beide kool-
borstels dienen tegelijkertijd te worden vervangen.
Gebruik alleen identieke koolborstels. (Fig. 8)
Steek een platkopschroevendraaier in de inkeping in het
gereedschap en verwijder de houderafdekking door deze
omhoog te wippen. (Fig. 9)
Gebruik een schroevendraaier om de koolborsteldoppen
te verwijderen. Haal de versleten koolborstels eruit,
plaats de nieuwe erin, en zet de koolborsteldoppen goed
vast. (Fig. 10)
Plaats de houderafdekking terug op het gereedschap.
Om de VEILIGHEID en BETROUWBAARHEID van het
gereedschap te handhaven, dienen alle reparaties,
onderhoud en afstellingen te worden uitgevoerd door een
erkend Makita-servicecentrum, en altijd met gebruikma-
king van originele Makita-vervangingsonderdelen.
OPTIONELE ACCESSOIRES
LET OP:
• Deze accessoires of hulpstukken worden aanbevolen
voor gebruik met het Makita-gereedschap dat in deze
gebruiksaanwijzing wordt beschreven. Het gebruik van
andere accessoires of hulpstukken kan gevaar voor
persoonlijk letsel opleveren. Gebruik de accessoires of
hulpstukken uitsluitend voor de aangegeven gebruiks-
doeleinden.
Mocht u meer informatie willen hebben over deze acces-
soires, dan kunt u contact opnemen met uw plaatselijke
Makita-servicecentrum.
Pagina: 5
28
Zijhandgreep (accessoire) (Fig. 11, 12, 13 en 14)
Als u de zijhandgreep wilt gebruiken, verwijdert u eerst
de rubberen beschermdop, steekt u daarna de punt van
de zijhandgreep zo ver mogelijk in de schroefdraadope-
ning van het gereedschap, en verdraait u vervolgens de
zijhandgreep naar de gewenste bedieningshoek. Ten-
slotte draait u de zijhandgreep stevig vast door deze
rechtsom te draaien.
LET OP:
• Als u het gereedschap zonder de zijhandgreep wilt
gebruiken, plaatst u de rubberen beschermdop terug
op het gereedschap.
• Bij het terugplaatsen van de rubberen beschermdop,
duwt u deze zodanig op het gereedschap dat de ronde,
verzonken vorm bovenaan het rubber zich naast de
aan/uit-schakelaar bevindt.
• Slijpstenen
• Spankop (3 mm, 6 mm, 8 mm, 1/4", 1/8")
• Spankopmoer
• Sleutel 13
• Zijhandgreepset
• Originele Makita accu en acculader
OPMERKING:
• Sommige onderdelen in deze lijst kunnen bij het
gereedschap zijn meeverpakt als standaard-accessoi-
res. Deze kunnen van land tot land verschillen.
ENG905-1
Geluidsniveau
De typisch, A-gewogen geluidsniveaus vastgesteld vol-
gens EN60745:
Geluidsdrukniveau (LpA): 72 dB (A)
Onnauwkeurigheid (K): 3 dB (A)
Het geluidsniveau kan tijdens gebruik hoger worden dan
80 dB (A).
Draag oorbeschermers
ENG900-1
Trilling
De totaalwaarde van de trillingen (triaxiale vectorsom)
vastgesteld volgens EN60745:
Model DGD800
Toepassing: slijpen van oppervlakken
Trillingsemissie (ah, SG): 6,5 m/s2
Onnauwkeurigheid (K): 1,5 m/s2
Model DGD801
Toepassing: slijpen van oppervlakken
Trillingsemissie (ah, SG): 2,5 m/s2
of minder
Onnauwkeurigheid (K): 1,5 m/s2
ENG901-1
• De opgegeven trillingsemissiewaarde is gemeten vol-
gens de standaardtestmethode en kan worden gebruikt
om dit gereedschap te vergelijken met andere gereed-
schappen.
• De opgegeven trillingsemissiewaarde kan ook worden
gebruikt voor een beoordeling vooraf van de blootstell-
ing.
WAARSCHUWING:
• De trillingsemissie tijdens het gebruik van het elektrisch
gereedschap in de praktijk kan verschillen van de
opgegeven trillingsemissiewaarde afhankelijk van de
manier waarop het gereedschap wordt gebruikt.
• Zorg ervoor dat veiligheidsmaatregelen worden getrof-
fen ter bescherming van de operator die zijn gebaseerd
op een schatting van de blootstelling onder praktijkom-
standigheden (rekening houdend met alle fasen van de
bedrijfscyclus, zoals de tijdsduur gedurende welke het
gereedschap is uitgeschakeld en stationair draait,
naast de ingeschakelde tijdsduur).
ENH101-16
Alleen voor Europese landen
EU-Verklaring van Conformiteit
Wij, Makita Corporation, als de verantwoordelijke
fabrikant, verklaren dat de volgende Makita-
machine(s):
Aanduiding van de machine:
Accustempelslijpmachine
Modelnr./Type: DGD800, DGD801
in serie zijn geproduceerd en
Voldoen aan de volgende Europese richtlijnen:
2006/42/EC
En zijn gefabriceerd in overeenstemming met de vol-
gende normen of genormaliseerde documenten:
EN60745
De technische documentatie wordt bewaard door:
Makita International Europe Ltd.
Technische afdeling,
Michigan Drive, Tongwell,
Milton Keynes, Bucks MK15 8JD, Engeland
08.08.2013
Tomoyasu Kato
Directeur
Makita Corporation
3-11-8, Sumiyoshi-cho,
Anjo, Aichi, 446-8502, JAPAN
Vragen & antwoorden
Heb je een vraag over de Makita DGD800ZJ en kan je het antwoord niet vinden in de gebruikershandleiding? Wellicht kunnen de bezoekers van ManualsCat.com je helpen om je vraag te beantwoorden. Door het formulier hieronder in te vullen zal je vraag verschijnen onder de handleiding van de Makita DGD800ZJ. Let erop dat je het probleem dat je hebt met de Makita DGD800ZJ zo zorgvuldig mogelijk beschrijft. Hoe duidelijker je vraag omschreven is, hoe groter de kans is dat je snel een reactie ontvangt van een andere gebruiker. Via e-mail zal je automatisch op de hoogte gesteld worden als iemand gereageerd heeft op je vraag.
Stel een vraag over de Makita DGD800ZJ